Bevrijding en oorlog
Na de bevrijding van was er in Kerkdriel een schaarste aan woningen en voedsel. Om de bevolking te helpen werden er door de geallieerde (voornamelijk Engelse en Canadezen) voedselpakketten uitgedeeld. Tijdens operation orange was het de bedoeling om de Bommelerwaard te bevrijden. Op 23-24-25 april 1945 rukte de Royal Marines en de Prinses Irene Brigade op vanuit het zuiden richting Hedel om zo de Bommelerwaard te bevrijden.
De foto
Klik op de vraagtekens voor meer informatie.
Bevrijding
Tijdens operation orange was het de bedoeling om de Bommelerwaard te bevrijden. Op 23-24-25 april 1945 rukte de Royal Marines en de Prinses Irene Brigade op vanuit het zuiden richting Hedel om zo de Bommelerwaard te bevrijden.
De PIB was betrokken bij zware gevechten in het centrum van Hedel, ten noorden van Den Bosch, aan de rivier de Maas in april 1945. De PIB sluite zich aan bij de 30 Royal Marines in Kerkdriel, in een poging om de Bommelerwaard te bevrijden. Echter, de Royal Marines gaven als gevolg van de Duitse oppositie in het centrum van Kerkdriel, opdracht het te verlaten. De PIB strandde op het bruggenhoofd van Hedel.
Voedsel
Na de bevrijding van was er in Kerkdriel een schaarste aan woningen en voedsel. Om de bevolking te helpen werden er door de geallieerde (voornamelijk Engelse en Canadezen) voedselpakketten uitgedeeld.
De pakketten bestonden onder andere uit: vlees uit blik, aardappelpuree, peulvruchten, blikken tomaten, meel, brood en uiteraard koffie, thee, suiker en chocolade
Kleding
In de Tweede Wereldoorlog werd de productie van stoffen stopgezet door het tekort aan grondstoffen en kwam kleding en stof op rantsoen. Hierdoor werd er vanuit de overheid bepaald hoeveel stof er gekocht mocht worden per gezin. Maar wat als je dan wilde trouwen, je kinderen uit hun kleren waren gegroeid of als je nieuwe kleren nodig had?
Het gebruik van parachutestof voor kleding Men zocht naar alternatieven en kwam bij verschillende oplossingen. Zo werden gebreide truien uitgehaald om van de overgebleven wol een nieuwe trui te kunnen breien. En van de stof van moeders rok kon goed kinderkleding worden gemaakt. Ook werd er gekeken naar ander materiaal dat gebruikt kon worden voor het maken van kleding, zoals parachutestof die in die tijd gemaakt was van kunstzijde. Een licht materiaal dat geschikt was voor kleding in de zomermaanden.
Voedselpakketten 1945
Na de bevrijding van was er in Kerkdriel een schaarste aan woningen en voedsel. Om de bevolking te helpen werden er door de geallieerde (voornamelijk Engelse en Canadezen) voedselpakketten uitgedeeld.
De pakketten bestonden onder andere uit: vlees uit blik, aardappelpuree, peulvruchten, blikken tomaten, meel, brood en uiteraard koffie, thee, suiker en chocolade
Verwoeste kerken
Zowel de St. Martinuskerk als de NH kerk van Kerkdriel zijn in de oorlog verwoest.
De Hervormde kerk in Kerkdriel is in dubbele zin het slachtoffer geworden van strijd. Eerst werd zij slachtoffer van een offensief van de geallieerden, die het als gevolg van hun dramatisch verlies van de Slag om Arnhem, in de herfst van 1944, niet gelukt was verder dan de zuidoever van de Maas op te rukken. Vandaar beschoten zij de Bommelerwaard. Hierbij moesten vooral de hogere gebouwen, in het bijzonder de kerken, het ontgelden. Zij dienden letterlijk als schietschijf. Op 23 april 1945, bereikten de geallieerden Kerkdriel en zoals elders bliezen de Duitsers bij hun aftocht de toren op en werd de reeds grotendeels vervallen kerk zwaar beschadigd.
Woningnood
De woningnood is enorm. Al snel worden houten en betonnen noodwoningen neergezet op basis van het Noodvolkshuisvestingsbesluit. Gemeenten die meer dan 20% van het woningbestand hebben verloren komen in aanmerking voor noodwoningen. Onder voorwaarde dat de noodwoningen niet langer dan tien jaar blijven staan, mag worden afgeweken van de gemeentelijke bouwvoorschriften.
Kerkdriel had na oorlog ondanks de vele noodwoningen een grote woningnood en daarom was men hier bezig met de bouw van huizen zoals hier in de Proosdijstraat.
DE KAARTCLUB
In 2004 heeft de Kerkdrielse schrijver Robert Goesten een boek geschreven over het wel en wezen tijdens de oorlog in Kerkdriel.
Deze achtergrond vormt het decor van deze indringende oorlogsroman van Robert Goesten. ‘De Kaartclub’ is zijn debuut. ‘De Kaartclub’ verhaalt over een verzetsgroep van vijf mannen die regelmatig bijeen komen om verzetsacties voor te bereiden en uit te voeren. Een fatale liefde en een gedurfd moordcomplot leiden uiteindelijk tot een verrassende ontknoping. Bezetting, verzet, romantiek en verraad vormen het fundament van de gebeurtenissen in dit boek.
Kerkdriel één dag bevrijd
Oostenrijkse broers vinden het tijdelijke graf van gesneuvelde vader
De Oostenrijkse broers Arlow vonden in Geldermalsen het tijdelijke graf van hun vader. Burghard Arlow sneuvelde op 23 april 1945 in Kerkdriel.
Op de dijk tussen de golfbaan en sportcentrum De Kreek houden de mannen stil. Het is de plaats waar 65 jaar geleden het hardst gevochten is tussen de Royal Marines en de Duitsers, die een einde maakten aan die ene dag dat Kerkdriel bevrijd leek. Piet Versteegh vertelt in vloeiend Duits wat hij destijds als veertienjarig jochie heeft gezien. De gebeurtenissen maakten veel indruk op hem en hebben de rest van zijn leven beïnvloed. Ook het leven van de drie mannen die zijn verhaal aanhoren. Ze luisteren naar het verhaal van de dood van hun vader, Burghard Arlow. Voor het eerst bezoeken ze de plaats waar hij sneuvelde, twaalf dagen voor het einde van de oorlog.
Günter Arlow, de jongste van de drie, was nog maar een jaar toen zijn vader op 31-jarige leeftijd overleed, vertelt hij even daarvoor in een café aan het Monseigneur Zwijsenplein in Kerkdriel. „Mijn vader heb ik nooit gekend. Het klinkt misschien raar, maar ik heb toch altijd een heel sterke band met hem gehad. Toen ik bijna veertien was, ben ik naar Nederland gelift om zijn graf op de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn te bezoeken. Ik ben er sindsdien vrijwel elk jaar geweest.”
Wim van Engelen uit Hedel, 18 destijds, en Piet Versteegh waren ooggetuigen van de gebeurtenissen en konden de dossierkennis van Van Gent voor de broers aanvullen met hun eigen ervaringen die nog altijd veel emoties oproepen. Kerkdrielenaar Ronny van Hoften vulde dat aan met zijn kennis van de voorvallen aan het Maasfront. Zijn studie heeft de afgelopen jaren een dossier met achtduizend gesneuvelde militairen opgeleverd.
Schoonzus Hazel Arlow, van ‘geallieerde’ afkomst, trouwde in de jaren ‘60 met een van de broers die ze in Zuid-Afrika leerde kennen. Haar Schotse moeder nam het haar niet in dank af en wilde dat huwelijk met ‘the bloody German’ desnoods met politiehulp voorkomen. Ze vertelt hoezeer de broers hun hele leven bezig geweest zijn met de dood van hun vader. „Burghard en zijn vrouw trouwden in 1938 en waren smoorverliefd. Zoon Manhard werd in 1939 geboren. Hanspeter, geboren in 1934, was geadopteerd. Zijn vader was overleden aan een blindedarmontsteking. Günter werd in 1944 geboren. Pas in 1946 hoorde het gezin van Burghards dood. Dat heeft moeder Arlow geknakt. Ze is nooit hertrouwd.”
Oostenrijk was door Duitsland geannexeerd en dat betekende dat Burghard Arlow als dienstplichtige werd opgeroepen. Arlow was elektrotechnisch ingenieur en kreeg dan ook een technische functie bij de luchtdoelartillerie, waar hij onderofficier was. Arlow hield zich bezig met microfooninstallaties waarmee naar vliegtuiggeluiden werd gezocht en later met de eerste radarinstallaties. Twee keer per jaar kwam hij even thuis bij zijn gezin, weet Hanspeter. Het gezin was zelden compleet. Voor het laatst in mei ‘44 bij de geboorte van Günter.
Burghards loopbaan kreeg in februari ‘45 een merkwaardige wending. In plaats van naar een opleiding in Cottbus te gaan, werd hij als infanterist toegevoegd aan het 951 Grenadier Regiment. Met dit regiment kwam hij in Nederland terecht, als onderdeel van de 361 Volksgrenadier Divisie, onder commando van generaal-majoor Alfred Philippi. Diens hoofdkwartier stond in Beusichem.
Van links naar rechts: Manhard Arlow, Piet Versteegh, Ronny van Hoften, Hanspeter Arlow en Günther Arlow. Versteegh, ooggetuige van de gevechten op 23 april 1945, legt met behulp van een stafkaart uit wat er die dag gebeurde.
Foto Bertjan Kers/BD 15 mei 2010
Bron: Brabants Dagblad 17 mei 2010
Unieke beelden van de bevrijding in Zaltbommel:
Kerkdriel in Beeld is mede mogelijk gemaak door
Class aptent taciti sociosqu ad litora torquent per conubia nostra. Quisque a vehicula magna.
Met dank aan:
Trudy de Leeuw, Theo de Leeuw, Verhoeckx Paddenstoelen, Jeroen Verhoeckx Groente en Fruit, Banketbakkerij van Leeuwen, Boerderij van Kuijk, Theo van Wanrooi, Robert van Gent, Esther van Zonsbeek, Max van Zonsbeek, Olaf van Hoften, Rob Harmsen, Gert-Jan de Rouw, Gilbert van Herwaarden, Rien Bok, Loren Nine, Ton van Hooft, Jan-Hein de Vreede, Hilda van Gent
Figuranten:
Isa van Beurden, Abel van Beurden, Ton van Hooft, Rob Harmsen, Rembrandt Harmsen, Theo de Leeuw, Cees Schungel, Anne van Campenhout, Alex van Campenhout, Annette Holtappels, Carlijn van Erp, Sascha van der Kammen, Martin van den Broek, Gisela Verweij, Nollie de Leeuw, Gilbert van Herwaarden, Bert van Hooft, Bart de Leeuw, Esther van Zonsbeek, Max van Zonsbeek, Trudy de Leeuw, Marjan van Vonderen, Denise van Vonderen, Bert de Leeuw, Geerke Walters- van Kuijk, Dieke Walters, Tom Walters, Henny van Kooten, Erik van Hoften, Jan Hein de Vreede, Peter de Vries, Anita Sørensen, Geeske Wildeman en niet te vergeten hond Woezel!